ZNA Labgids - pCO2 (bloedgasmeter)

Trefwoorden:pCO2 (bloedgasmeter)

Ga terug

Parameter Waarde
STAALTYPE vol bloed; Heparine vol bloed
RECIPIËNT Bloedgastube (Heparinespuit)
ACTIVITEITENCENTRA POCT
AFNAME-HOEVEELHEID 150 µl
ALGEMENE OPMERKINGEN
Bij voorkeur arteriele punctie, zonder lucht, afgesloten van de lucht en onmiddellijk naar labo. (Arterieel bloed verdient de voorkeur aangezien het best het zuur-base evenwicht en de oxygenatie status weergeeft. Capillair bloed kan dezelfde informatie geven indien het met extra voorzorg wordt afgenomen: aeratie van het staal is frequent en kan significante verschillen veroorzaken. Ook het risico op hemolyse is hoger met invloed op de elektrolyten. Bepalingen op veneus bloed worden niet aangeraden, tenzij op gemengd veneus bloed afkomstig van de A. Pulmonalis, die nuttige informatie kunnen verschaffen ivm de respiratoire, metabole en circulatoire status van de patiënt. Bij patiënten in het OK die gehepariniseerd zijn, kan de bepaling ook gebeuren op volbloed zonder anticoagulantia. De bepaling moet dan onmiddellijk gebeuren. Voor capillaire bloedafnames worden speciale gehepariniseerde capillairen gebruikt.
TRANSPORTWIJZE PRIMAIR STAAL
TRANSPORTWIJZE VERZENDING EXTRAMUROS
METHODE Potentiometrisch
UITVOERFREQUENTIE 24/24
MAXIMALE ANTWOORDTIJD (excl. Pre-analytisch transport)
BIJ-AANVRAGEN
ONDER ACCREDITATIE (BELAC MED-318) Nee
RIZIV-REGELS
RIZIV-NOMENCLATUUR
NON-RIZIV AANREKENING
BIJKOMENDE OPMERKINGEN AANREKENING
klinische fiche pCO2 (bloedgasmeter) in vol bloed
Klinisch toepassingsgebied: Bij het metabolisme van eiwitten, koolhydraten en vetten worden dagelijks ongeveer 15 000 mmol CO2 en 50 tot 100 mmol waterstofionen gevormd. Om de zuurbase homeostase te handhaven dienen de H+ ionen door de nieren en CO2 door de longen te worden uitgescheiden. Bij deze pH regulatie speelt ook het plasma-HCO3 -ion een belangrijke rol. Het CO2 van de lichaamsvloeistoffen wordt continu aangevoerd uit de lichaamscellen en continu afgevoerd via de longen. Dit transport verloopt via het bloed, waarbij de pCO2 een graadmeter is van de alveolaire ventilatie in verhouding tot de metabole vorming. De pCO2 wordt gereguleerd door het ademcentrum dat veranderingen aanbrengt in de alveolaire ventilatiesnelheid: hyperventilatie leidt tot extra CO2 en dus tot verlaging van de pCO2 (hypocapnie), terwijl hypoventilatie het omgekeerde bewerkstelligt en dus de pCO2 verhoogt (hypercapnie). Verhoogde waarden: Verhoogde waarden: hypercapnie/ alveolaire hypoventilatie tgv -Longziekte -CZS depressie, primair of secundair door sedatie of pijnstillers -beademing: te lage alveolaire ventilatie of strategie van permissieve hypercapnie Verlaagde waarden: Verlaagde waarden: hypocapnie/ alveolaire hyperventilatie 1. Primair: - door agressieve beademingstherapie - Psychogene hyperventilatie 2.Secundair - als compensatie bij metabole acidose - bij CZS “affection” - bij hypoxie
Referentiewaarden: pCO2 (bloedgasmeter) in vol bloed
Detail Referentiewaarde Variabelen Geslacht Leeftijden Opm.
pCO2 (bloedgasmeter) in vol bloed 32-45 mmHg arterieel V > 1 jr
pCO2 (bloedgasmeter) in vol bloed 35-48 mmHg arterieel M > 1 jr
pCO2 (bloedgasmeter) in vol bloed 27-41 mmHg arterieel Beide 1 mnd - 1 jr
pCO2 (bloedgasmeter) in vol bloed 27-40 mmHg arterieel Beide < 1 mnd
pCO2 (bloedgasmeter) in vol bloed 35-58 mmHg veneus Beide 18 - 70 jr

Ga terug