ZNA Labgids - F XI
Trefwoorden:F XI, Factor XI, Stollingsfactor XI
Parameter | Waarde |
---|---|
STAALTYPE | Citraat plasma |
RECIPIËNT | Citraattube |
ACTIVITEITENCENTRA | MI |
AFNAME-HOEVEELHEID | fractie 6 (gewone buis) 0.5 mL (fractie 6: FVIII, FIX, FXI, FVII) |
ALGEMENE OPMERKINGEN | De correcte vulling van een citraatbuis is essentieel! De citraatbuis bij voorkeur na een serumbuis afnemen. Nooit na een EDTA of heparine tube.
In RRL JP en CA: extra taxi wanneer tijd tot volgend transport meer dan 1 uur bedraagt.
Voor verwerking: zie flowchart verwerking stalen speciale stolling. |
TRANSPORTWIJZE PRIMAIR STAAL | |
TRANSPORTWIJZE VERZENDING EXTRAMUROS | Diepgevroren |
METHODE | chronometrie |
UITVOERFREQUENTIE | wekelijks |
MAXIMALE ANTWOORDTIJD (excl. Pre-analytisch transport) | |
BIJ-AANVRAGEN | |
ONDER ACCREDITATIE (BELAC MED-318) | Nee |
RIZIV-REGELS | |
RIZIV-NOMENCLATUUR | 554330 |
NON-RIZIV AANREKENING | |
BIJKOMENDE OPMERKINGEN AANREKENING |
klinische fiche F XI in Citraat plasma |
---|
Klinisch toepassingsgebied:
-De test wordt gebruikt voor het opsporen van congenitale factor XI deficiëntie.
-Factor XI deficiëntie of de ziekte van Rosenthal komt veel voor bij joden van Ashkenazie afkomst ( heterozygote vorm : 10 % ).
-De bloedingsneiging is niet gecorreleerd aan de hoeveelheid F XI aanwezig.
Verhoogde waarden:
In het kader van trombofilie wordt een verhoogde F XI als een risico voor trombose beschouwd.
Verlaagde waarden:
·De factor XI deficiëntie, zoals beschreven door Rosenthal in 1953, wordt gekenmerkt door een hemorrhagisch syndroom, tengevolge van een tandextractie, een operatie of een trauma. Spontane bloedingen zijn zeldzaam. De congenitale factor XI deficiëntie (autosomaal recessief) komt meer voor bij personen van het joodse ras.
·Bij F XI inhibitoren
Interferenties:
·Partiële activatie van F V en F VIII kan leiden tot vals verhoogde waarden
·Interferentie van heparine
·Invloed van hemolyse·
·directe thrombin inhibitoren (hirudin bijv. Refludan en Argatroban bijv. Novastan), een nieuwe klasse anticoagulantia : geeft ondergewaardeerde resultaten.
|
Referentiewaarden: F XI in Citraat plasma | |||||
---|---|---|---|---|---|
Detail | Referentiewaarde | Variabelen | Geslacht | Leeftijden | Opm. |
F XI in Citraat plasma | 67,0 - 196,0 % | Beide | >16 jr | ||
F XI in Citraat plasma | 0,65 - 1,62 IU/mL | Beide | 6-10 jr | ||
F XI in Citraat plasma | 0,65 - 1,62 IU/mL | Beide | 1-5 jr | ||
F XI in Citraat plasma | 0,62 - 1,25 IU/mL | Beide | 30-365 dgn | ||
F XI in Citraat plasma | 0,24 - 0,79 IU/mL | Beide | 1-30 dgn | ||
F XI in Citraat plasma | 0,07 - 0,41 IU/mL | Beide | 0-1 dg | ||
F XI in Citraat plasma | 65,0 - 139,0 % | Beide | 11-16 jr | ||
F XI in Citraat plasma | 65,0 - 162,0 % | Beide | 6-10 jr | ||
F XI in Citraat plasma | 65,0 - 162,0 % | Beide | 1-5 jr | ||
F XI in Citraat plasma | 62,0 - 125,0 % | Beide | 30-365 dgn | ||
F XI in Citraat plasma | 24,0 - 79,0 % | Beide | 1-30 dgn | ||
F XI in Citraat plasma | 7,0 - 41,0 % | Beide | 0-1 dg | ||
F XI in Citraat plasma | 0,67 - 1,96 IU/mL | Beide | >16 jr | ||
F XI in Citraat plasma | 0,65 - 1,39 IU/mL | Beide | 11-16 jr |