ZNA Labgids - Nier-, gal-, speekselklierstenen
Trefwoorden:steenonderzoek, niersteenonderzoek, galsteenonderzoek, speekselklier-steenonderzoek
Parameter | Waarde |
---|---|
STAALTYPE | overige |
RECIPIËNT | Urinepotje |
ACTIVITEITENCENTRA | MI |
AFNAME-HOEVEELHEID | nvt |
ALGEMENE OPMERKINGEN | oorsprong steen op de aanvraag noteren |
TRANSPORTWIJZE PRIMAIR STAAL | Kamertemperatuur |
TRANSPORTWIJZE VERZENDING EXTRAMUROS | Kamertemperatuur |
METHODE | Kwalitatieve en semi-kwantitatieve chemische analyse / IR spectrometrie |
UITVOERFREQUENTIE | wekelijks |
MAXIMALE ANTWOORDTIJD (excl. Pre-analytisch transport) | 14 dagen |
BIJ-AANVRAGEN | |
ONDER ACCREDITATIE (BELAC MED-318) | Ja |
RIZIV-REGELS | |
RIZIV-NOMENCLATUUR | 545635 |
NON-RIZIV AANREKENING | |
BIJKOMENDE OPMERKINGEN AANREKENING |
klinische fiche Nier-, gal-, speekselklierstenen in overige |
---|
Nephrolithiasis (= aanwezigheid van stenen in de urinewegen) heeft diverse oorzaken zoals metabole stoornissen (primaire hyperparathyreoïdie, renale tubulaire acidose type I, erfelijke hyperoxalurie, cystinurie,...), anatomische afwijkingen, recidiverende of persisterende urineweginfecties, dieetexcessen (dierlijk eiwit, zout, oxalaat, calcium) of dieettekorten (onvoldoende drinken), medicatie (Vit C en Vit D supplementen, sulfonamide, acetazolamide, …), imobilisatie, stress, … Blaasstenen ontstaan o.a. bij pathologieën waarbij de urine stagneert in de blaas zoals benigne prostaat hyperplasie (BPH), neurogene blaas, blaas diverticula, of andere oorzaken zoals urineweginfecties, katheters … De meerderheid van de (nier-, blaas-)stenen zijn samengesteld uit (mengsels van) volgende mineralen : Whewelliet (calcium oxalaat monohydraat), Weddelliet (calcium oxalaat dihydraat), Apatiet (calcium fosfaat), urinezuur (anhydrisch of dihydraat), Struviet (magnesium ammonium fosfaat hexahydraat), Brushiet (calcium hydrogen fosfaat dihydraat) en cystine. Cholelithiasis (= aanwezigheid van stenen in de galblaas) kan voorkomen bij o.a. levercirrose, sikkelcelanemie, zwaarlijvigheid, vetrijk en vezelarm dieet, …. Galstenen zijn vnl. opgebouwd uit cholesterol, bilirubine en galzouten. Sialolithiasis (= aanwezigheid van stenen in de speekselafvoerbuis of –klieren) komt vnl. voor in de glandula submandibularis. Gekende pré-disponerende factoren zijn ondermeer: een alkalische pH en hoge concentraties van mucine en calcium. De analyse van stenen omvat enerzijds de beschrijving van macroscopische eigenschappen, al dan niet gedocumenteerd met fotografie en anderzijds de bepaling van de kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling a.d.h.v. infrarood-analyse. |