ZNA Labgids - pH met pH-meter
Trefwoorden:pH met pH-meter
Parameter | Waarde |
---|---|
STAALTYPE | Duodenaalvocht |
RECIPIËNT | Steriele tube |
ACTIVITEITENCENTRA | MI |
AFNAME-HOEVEELHEID | >200µl |
ALGEMENE OPMERKINGEN | Minimaal 200 µl staal, afgenomen onder aseptische condities, in een steriel, gesloten recipiënt.
|
TRANSPORTWIJZE PRIMAIR STAAL | |
TRANSPORTWIJZE VERZENDING EXTRAMUROS | |
METHODE | |
UITVOERFREQUENTIE | Dagelijks |
MAXIMALE ANTWOORDTIJD (excl. Pre-analytisch transport) | |
BIJ-AANVRAGEN | |
ONDER ACCREDITATIE (BELAC MED-318) | Nee |
RIZIV-REGELS | |
RIZIV-NOMENCLATUUR | |
NON-RIZIV AANREKENING | |
BIJKOMENDE OPMERKINGEN AANREKENING |
klinische fiche pH met pH-meter in punctievloeistof |
---|
Klinisch toepassingsgebied:
(enkel voor pleuravocht, maagvocht van toepassing)
De zuur(te)graad of pH van een vloeistof is een maat voor de waterstof ion activiteit of de vrije proton concentratie in de vloeistof. De pH van lichaamsvloeistoffen kan slechts tussen vrij nauwe grenzen fluctueren. Buffersystemen, membranen en andere mechanismen zijn verantwoordelijk voor de pH-homeostase.
Het mathematisch verband wordt weergegeven door de formule : pH= -log[H+]
Hieruit volgt dat een verandering van 1 pH eenheid een tienvoudige verandering van de vrije proton-concentratie reflecteert.
Interpretatietabel:
Pleuravocht
De normale pH van het pleuravocht ligt tussen 6,8 - 7,6.
De pH-meting van pleuravocht is gevoeliger voor het voorspellen van een PPE (parapneumonische effusie) dan de meting van glucose en LDH. De pH meting laat toe het beloop van een PPE te voorspellen : Een pH < 7,2 houdt in dat de kans op een gecompliceerde PPE groot is en impliceert drainage van pleuravocht. Pleuravocht met een pH > 7,2 heeft meestal een gunstig beloop en kan worden behandeld met uitsluitend antibiotica. Pleuravochten met een pH> 7,30 kunnen spontaan resorberen.(Kaplan, Clinical Chemistry, 3rd edition).
Naast amylase, alkalische fosfatase, ureum en creatinine kan de meting van de pH van pleuravocht nuttig zijn als merker voor de betrokkenheid van een specifiek orgaan in de pathogenese van een effusie. Vb. Lekkage van maagvocht bij perforatie van de slokdarm zal de pH van het pleuravocht verlagen. Een pH-waarde lager dan 6.0 is klinisch significant.
Maagvocht
Meting van de pH van geaspireerd maagvocht gebeurt best met een klassieke pH meter. Gebruik van pH strips of pH-papier kan foutieve resultaten opleveren. Er bestaat geen eensgezindheid over de noodzaak van al dan niet vooraf centrifugeren van het staal.
Normaal maagvocht heeft een pH 1,5- 3,50
Een meetresultaat lager dan 3.0 wijst op de aanwezigheid van "vrij" zuur. Omgekeerd wijst een pH > 3.5 op de afwezigheid van vrij HCl (ref. 2)
Saliva
De pH van speeksel (Saliva) is in princiepe gecorreleerd met de pH van de urine. Doorgaans zal de pH van het speeksel tot 1 pH eenheid hoger zijn dan deze van een corresponderend urinestaal.
Pancreas vocht
pH van pancreas vocht ligt tussen 8,0 - 8,3 en bevat meer bicarbonaat en minder chloride dan plasma.
|